dinsdag 15 januari 2008

Rijstkorrels

In tijden van welvaart aan onze kant van de wereld, worden we logischerwijs ook overspoeld met armoede elders. We hebben immers genoeg middelen om iedereen van een dak en eten te voorzien en niemand is meer beschaamd om om hulp te vragen. De ene tsunami is nog niet voorbij, of de volgende orkaan staat alweer klaar. De betraande kindergezichten die ik levensgroot voorgeschoteld krijg op mijn plasmascherm wakkeren mijn schuldgevoel nog verder aan en al snel trek ik mijn portemonnee.

Maar ik merkte dat het me ging tegenstaan. Zeker als ik achteraf hoorde dat het geld niet allemaal op de juiste plek kwam, maar in de zakken van de grote baas verdween. Het gaat me ook te snel. Met internetbankieren is mijn schuldgevoel binnen twee minuten afgekocht. Nu gaat een half jaar vrijwilligerswerk me ook te ver, maar toch. Ik voelde me als een moeder die haar kind heel de dag voor de tv zet. Het gejank blijft uit, maar het geeft geen goed gevoel.

Er lijkt een nieuwe manier te zijn gevonden om te helpen. Een manier die me niet eens geld kost, maar waarbij mijn gevoel van betrokkenheid tien keer zo groot is. Op verschillende goede-doelen-websites staat geen gironummer meer, maar bijvoorbeeld een spel. Zoals op www.freerice.com, waarmee ik voor elke goede woordbetekenis 20 rijstkorrels verdien voor degenen die het nodig hebben. Het is leuk om te doen en de hulp is concreet. Wie de rijstkorrels betaalt? De adverteerders op de site. Een heel slimme opzet, waarmee iedereen optimaal profiteert. Zonder spel, maar even doeltreffend is www.thehungersite.com, waar je alleen al met een simpele muisklik rijst doneert.

Nog zo’n mooi verhaal en zó simpel, dat ik me afvraag waarom iemand er niet eerder mee is gekomen. De Belgische hoogleraar Willem van Cotthem is begonnen met het verzamelen van zaden van het fruit en de groenten die wij gewoon dagelijks in de supermarkt kopen en thuis consumeren. Hij zorgt ervoor dat deze zaden worden verspreid over de wereld zodat de armsten de gelegenheid krijgen een tuintje aan te leggen. Met zaden waar ze normaal niet aan kunnen komen. Hoe simpel wil je het hebben? Ontwikkelingswerk in optima forma. Voortaan leg ik dus de pitjes/zaden even apart om ze daarna af te spoelen, goed te laten drogen en naar Willem te sturen.

Omdat ik nu de tijd krijg te verwerken wat er eigenlijk aan de hand is, voel ik mijn oprechte medeleven groeien. En voel ik tenminste voldoening over mijn druppel op die gloeiende plaat.

Esther van Ballegooyen

vrijdag 4 januari 2008

“Beste Wensen!”

“Beste Wensen!”, hoe vaak heb je dat de afgelopen dagen gehoord of gelezen?

Beste wensen, wat zijn dat eigenlijk?
Zo’n kaartje met een voorgedrukte tekst en zonder zelfs maar een krabbeltje erop, zijn dat nou beste wensen?


Of zo’n kaartje met zeven handtekeningen van mensen waarvan je werkelijk geen idee hebt wie ze zijn. En dan ook nog gericht aan “de medewerkers van…”
Tja, wie wenst wie hier nu wat?

Omdat een kaartje alleen toch echt te lullig voor woorden is, sturen sommige organisaties er een fraai relatiegeschenk bij. De fles wijn is in populariteit inmiddels voorbijgestreefd door het kistje wijn. Hét bewijs dat het in de jaarlijkse relatiegeschenkenrace toch vooral om de kwantiteit gaat. De kwaliteit is ondergeschikt. En daarmee bedoel ik niet de kwaliteit van de wijn, die is vaak uitstekend.
Maar ook dit jaar zag ik hem weer hoor: het kistje met de opdruk van het wijnhuis!

Niet dat dat nou veel erger is dan het pokersetje met bedrijfslogo, of de wijnkoffer met kurkentrekker, mesje en antilektuitje. Uiteraard allemaal voorzien van een decent, maar niet te missen logo van de gulle gever.
En er was vast heel lang nagedacht over het pakket met vier borrelglaasjes, vier onderzettertjes en vier… Ze waren allemaal in vier doordachte felle kleuren. Maar die gedachten gingen klaarblijkelijk vooral uit naar de eigen organisatie.

Ongetwijfeld allemaal goed bedoeld, maar zó
onpersoonlijk dat het echt niet de beste wensen zijn. Dan werkt –in ieder geval bij mij– een simpel kaartje met een persoonlijk tekstje toch vele malen beter.
En daarvan heb ik er dit jaar een hoop gehad. Hele mooie, hele creatieve, hele gemeende.
Dat zijn de Beste Wensen, ik kan daar blij van worden!

Robert Jan Pabon.